26 februari 2017

Policor


Het is goed om op een rij te zetten wat politieke correctheid is.

 

Taboe

 

Policor gaat over wat niet mag, zonder dat het erg is: het stellen van grenzen, terwijl dit niet echt nodig is. Policor gaat over taboes. Policor houdt in dat iemand veroordeeld wordt, omdat hij een taboe geschonden heeft. Een taboe is een niet-wettelijke regel, die wortelt in politieke of religieuze opvattingen.

Een groot verschil met een wettelijke overtreding is, dat het schenden van een taboe leidt tot woede. Als je door rood licht rijdt krijg je een boete. Er valt een acceptgiro in de bus, maar verder gebeurt er niks. Een politieagent wordt niet boos op je. Hij vindt ook niet dat je niet deugt. Zijn houding is doorgaans zakelijk en hij respecteert je. Jullie beschouwen de straf beiden als rationeel: je hebt immers een gevaarlijke situatie veroorzaakt in het verkeer en dat probeert de maatschappij te voorkomen. Het doel van het strafrecht is de samenleving leefbaar te houden.

Als je een taboe geschonden hebt, ben je een slecht mens. De straf die je krijgt, komt voort uit woede en verontwaardiging. Anders dan de agent, die zich beperkt tot de geconstateerde overtreding, vindt de priester die je kastijdt, dat je minderwaardig bent.

Een taboe is niet rationeel, anders was er wel wetgeving uit voortgevloeid. Een taboe dient er toe, een kaste van priesters een machtspositie te bezorgen. Priesters zijn mensen die de Waarheid kennen: zij weten wat deugt en wat niet. Aan de Waarheid dient iedereen zich te onderwerpen en er mag niet tegen geprotesteerd worden. Ook protest leidt weer tot verontwaardiging, want dat bewijst dat je slecht bent.

Beschamen


Schaamte is het gereedschap bij uitstek dat de priesters en hun meelopers hanteren. Het doel van het bestraffen van iemand die een taboe schendt, is dat hij zichzelf als waardeloos gaat zien. Het schenden van een taboe leidt tot verlies van respect voor de overtreder. Dat verlies kent geen grenzen. De omstanders krijgen het taboe nog eens ingeprent, waardoor de macht van de moralisten verder versterkt wordt. De motor achter de straf is de woede van de priesters. Zolang die voortduurt, kan er gestraft worden. De priester wil vooral zijn zin krijgen.

 

Waarin een taboe in een liberale maatschappij afwijkt van een wettelijke regel


- niet rationeel
- allesomvattend
- meedogenloos
- respectloos
- ongenuanceerd
- slecht beargumenteerd
- simplistisch

Wat handhavers van taboes niet zijn

 

- volwassen
- creatief
- intelligent
- respectvol
- nieuwsgierig
- tolerant
- bedachtzaam
- relativerend

Uitleven


De schending van een taboe geeft omstanders een kans om haat en woede te ventileren. Er treedt roofdiergedrag op, waarbij de bereidheid ontstaat de ander aan stukken te scheuren. Deze agressie gaat gepaard met een enorme zelfgenoegzaamheid: het zelf wel deugen wordt nog eens krachtig onderstreept. Een schijnwereld aan ethiek wordt stevig overeind gehouden.

Waar taboes ophouden, begint de rechtsstaat. Waar taboes opkomen, eindigt de vrije samenleving en neemt de terreur een aanvang. Een samenleving is beschaafder naarmate haar regels rationeler en in wetten verankerd zijn.

Een priester heeft niets aan de rechtsstaat. Als iemand een taboe geschonden heeft, kan de bezitter van de Waarheid niet naar de rechter stappen: die is meestal niet in zijn irrationele praatjes geïnteresseerd. Daar waar taboes wel binnendringen in de rechtsstaat, wankelt de samenleving. Extremistische religieuze en politieke stromingen hebben een hekel aan de rechtsstaat en zien liever geen scheiding tussen kerk en staat. Wettelijke regels zijn concurrenten van taboes en staan deze in de weg.

Boos


Men herkent het taboe steevast aan de verontwaardiging, die gepaard gaat met het schenden ervan. Er is geen sprake van een simpel meningsverschil, een oneens zijn: er is boosheid. Met de verontwaardigde is geen verstandig gesprek mogelijk. Hij zal nauwelijks in staat zijn om een goede uitleg te geven aan zijn bezwaren. Hij is niet in staat tot en heeft ook geen behoefte aan kritisch denken, op basis van argumenten. Hij is er vooral op uit om te veroordelen. Terwijl een rechter voor een vonnis pagina's tekst nodig heeft om zijn oordeel te onderbouwen, komt een priester meteen tot de kern: de aangeklaagde deugt niet en dient beschadigd te worden.

Het handhaven van een taboe is intolerantie. Niet jouw rechten doen ertoe, maar de morele opvattingen van de heersende klasse. De reden van het taboe is niet relevant, hij hoeft niet verantwoord te worden door de aanhangers ervan. Een zakelijke houding ontbreekt en er wordt voornamelijk met stemverheffing schande gesproken van de beklaagde. Nazi-rechters schreeuwden hun verontwaardiging uit richting de verdachten.

De groep


Een taboe is een groepsfenomeen. Een priester die iemand de maat neemt, doet dit niet privé maar publiek. Moraliseren heeft geen zin als niemand het verder hoort. De betweter wil door de meelopers bewonderd worden voor zijn rechtlijnigheid en hardheid.

Taboes brengen het slechtste in de mens naar boven: oneerlijkheid en agressie, rechteloosheid en willekeur. Mensen zijn in staat verslaafd te raken aan heilige principes. Ze benoemen leidt bij de lijders eraan prompt tot de bekende verontwaardiging: de arbitraire normen mogen immers niet ter discussie gesteld worden.

Tot zover een theoretische omschrijving. Recente voorbeelden zijn vermeden, dus niemand hoefde nog boos te worden. Wordt vast een keer vervolgd.





25 februari 2017

De knuppel van Theo




Wat flauw van Theo Maassen om een woord uit zijn context te halen.

Wat eraan vooraf ging


Het Algemeen Nederlands Persbureau publiceerde een paar jaar geleden een dramatisch bericht van de Italiaanse minister van Binnenlandse Zaken over het enorme aantal mensen dat in twee etmalen gered had moeten worden op de Middellandse Zee. Hij voegde eraan toe dat er nóg eens honderdduizenden op het punt stonden zich aan de waaghalzerij van een oversteek bloot te stellen.

De geëngageerde journalist Annabel Nanninga vond in dit nieuws inspiratie om de noodklok te luiden in een column: zo kan het niet langer, mensen!

Dat leverde een fraaie compositie op waarin de na rokjesdag (heeft er al een feminist geprotesteerd tegen het rolbevestigende wegzetten van vrouwen als rokkendraagsters?) op gang gekomen vluchtelingenstroom werd vergeleken met natuurverschijnselen die we kennen van het voorjaar.

Om haar column niet helemaal zurig en somber te laten worden (het IS nogal een heavy onderwerp), heeft Annabel die beschrijving van het drama verluchtigd met een paar kwinkslagen.

Een probleem voor een tekstschrijver is, dat hij of zij dient te vermijden hetzelfde woord vlak na elkaar twee keer te gebruiken. Annabel had er zelfs drie te pakken! Het stukje ging nou eenmaal over bootvluchtelingen. De Trials of Life-achtige passage bood haar de gelegenheid één bootvluchteling kwijt te raken, door hem te vervangen door 'dobberneger'.

Dat was een buitengewoon charmante vondst. Menig bootje dobbert stuurloos rond omdat de touroperator zich onvoldoende om de zeewaardigheid van het vaartuig bekommerd heeft. Het woord 'dobberneger' heeft iets aandoenlijks, je associeert het met dobbereendjes. Iets wat lief, zacht, kwetsbaar en hulpeloos is en wat je wilt beschermen. Vooral vrouwen zijn er goed in het aangrijpende van zo'n tafereel tot zich door te laten dringen. Maar je kunt uit de kluiten gewassen kerels van twintig jaar moeilijk aanduiden als badeendjes, dus nam de columnist het Latijnse woord voor zwart vrijwel letterlijk over.

Dan komt Theo


Hij struikelt over het woord 'neger', niet zo lang geleden nog gebruikt door de zelden van racisme beschuldigde dr. Martin Luther King jr. De heer Maassen vindt dit geen tijd voor grappen. Columnisten dienen serieus om te gaan met de nood van de zwarte medemens: politieke correctheid dient altijd zwaarder te wegen dan creatieve gekheid.

Misschien dat we daarin een medeoorzaak moeten zoeken voor de teloorgang van het Nederlandse cabaret. Een paar decennia geleden schiepen deze kleinkunstenaars er een eer en behagen in ALLES te zeggen. Het kon niet kwetsend genoeg zijn. Humor is nou eenmaal niet politiek correct, een wetmatigheid die het moderne cabaret voor grote problemen plaatst. De niet van moed overlopende fatsoensrakkers van de huidige tijd werpen zich liever op de bestrijding van microaggressions, de echte gekte die van de Amerikaanse universiteiten is overgewaaid en nu ook al een provinciehoofdstad bereikt heeft.

Nou klinkt 'provinciehoofdstad' een beetje neerbuigend: een Amsterdammer die zo nodig even uit de hoogte moet doen naar een best aardig stadje (al werd Eindhoven door de directie van Philips wel verruild voor een omgeving die wat meer tot de verbeelding spreekt), maar dat is het punt: insults lie in the ear of the beholder.

Het bezwaar van Theo is dat uit 'dobberneger' een superioriteit spreekt. Nou zíjn we in Europa ook ontzettend superieur, als je het uitdrukt in bruto binnenlands product per hoofd van de bevolking. Dat is nou net de reden dat zoveel Afrikanen zich door mensensmokkelaars in de boot laten nemen.

Dan haalt Theo er nog een knuppel bij, wat in dit verband ongelukkig gekozen is. Daarmee slaan doet denken aan onschuldige, weerloze witte zeehondjes die doodgeknuppeld worden en niet aan iemand die nou juist aan de bel trekt vanwege het inferieure lot van drijvende deplorables.

Maar zou Theo de column van Annabel überhaupt wel gelezen hebben? Dat zal toch wel als je de Volkskrant erover schrijft? Wanneer je na drie jaar met een commentaar komt (nadat iedereen al geweest is), heb je er in elk geval goed over na kunnen denken. En dan moet je erkennen dat de kwalificatie 'superieur' met geen mogelijkheid uit de context te halen valt.

In Eindhoven wordt het misschien zo beleefd, omdat de superioriteit van de Randstad ze inmiddels de neus uitkomt en dan heb je voor je het weet een Calimero-effect te pakken. Maar het is wel geniepig, om mensen immorele eigenschappen toe te dichten, omdat je het verleerd hebt een vakkundig geplaatste grap op waarde te schatten.



18 februari 2017

Premier Klaver, wen er maar aan



Als er woensdagavond 15 maart laat (of uiterlijk vijf dagen later) een definitieve verkiezingsuitslag ligt, zijn dit de vragen waar het om gaat:

Vijf of zes partijen voor een meerderheidskabinet


In de eerste plaats: hebben de zes partijen VVD, CDA, D66, PvdA, CU en SGP een meerderheid? Zo ja, dan bouwen zij een kabinet, al dan niet in gedoogvorm.

Zo nee, dan is de vraag of de vijf partijen VVD, CDA, D66, PvdA en GroenLinks een meerderheid vormen. Zo ja, dan worden het hele moeizame inhoudelijke onderhandelingen, waarbij VVD en GroenLinks het op vele punten oneens zullen zijn. Als deze vijf partijen geen meerderheid hebben, zal gekeken worden of er een (gedoog-)constructie met de CU mogelijk is.

GroenLinks heeft er belang bij deze fase van de formatie te laten mislukken, wanneer er een meerderheid op links ligt; zonder de VVD, met de SP en eventueel de CU. Als de variant met de SP het eerst onderzocht wordt, gaat het CDA de hakken in het zand zetten: zij regeren liever met de VVD dan met de SP. Klaver moet daarom eerst aantonen dat er geen kabinet met de VVD gevormd kan worden, om zo het CDA de wind uit de zeilen te nemen.

Premierschap


Mocht de VVD zich soepel opstellen en het zespartijenkabinet werkelijkheid worden, kan de bijna driekwartmeerderheid in de ministerraad van niet-VVD'ers, besluiten dat Rutte geen minister-president mag worden: de VVD vormt immers maar een heel klein deel van de coalitie. Pechtold zal zich mogelijk kandidaat stellen voor het premierschap, als D66 de derde partij van het land is geworden.

In de campagne moet Klaver Pechtold daarom de vraag voorleggen, of een kabinet met de VVD per se Rutte als voorzitter van de ministerraad moet hebben. Dat biedt hem de mogelijkheid zelf als derde partij later het premierschap op te eisen. GroenLinks kan het zich veroorloven die eis te stellen, want deze formatiepoging mag immers mislukken, als de variant over links nog tot de mogelijkheden behoort.

Nachtmerriescenario van Jan Roos


Als Klaver erin slaagt GroenLinks groter te maken dan CDA en D66, kan zo het eerste kabinet Klaver tot stand komen: zowel in een variant met de VVD als in een kabinet met de SP, kan hij het Torentje niet mislopen.


15 februari 2017

Het moet weer even over GeenPeil gaan

Er zijn nou eenmaal verkiezingen, volgende maand.

Wordt dat wat met die partij, of zit er geen zetel in?


Een Nijmeegse taaltechnoloog (je verzint het niet) heeft ontdekt dat GeenPeil met 4 zetels een stuk beter in de electorale markt ligt dan de officiële peilinstanties ons willen doen geloven: die houden de score op 0.

Door te turven hoe vaak de jonkies over de tong gegaan zijn bij het Twittervolk, meent hij de kansen van de nieuwkomers op 15 maart beter in te kunnen schatten dan de pro's.

Eén zetel moet er dan toch in zitten voor GeenPeil, zou je denken, op basis van de metingen van deze techneut. Dat zou een grote doorbraak betekenen in Nederland: de introductie van door kiezers gecontroleerd stemgedrag in het hart van onze democratie. Kwaliteit weegt daarbij voorlopig zwaarder dan kwantiteit.

Zelfs met slechts één zetel zal GeenPeil de benchmark worden in de Tweede Kamer: het stemgedrag van elke fractie zal vergeleken worden met dat van GeenPeil. Die heeft immers de meeste democratische autoriteit, want spreekt namens de meerderheid van de bevolking.

In de stemmentrackers van 2021 (wat hebben partijen in de Kamer gestemd, in de afgelopen jaren?) zal blijken dat GeenPeil bij de meeste kiezers bovenaan staat. Dat is wiskundig niet anders denkbaar. Vraag maar aan Ionica. Omdat GeenPeil de Meerderheidspartij is, zullen de meeste mensen bij de keuzes van GeenPeil het vaakst hun eigen mening tegenkomen. Vanaf dan kan deze vernieuwingsbeweging gaan denken aan een getalsmatige opmars.

Ja, maar ...


Welke motieven hebben mensen, daar niet voor te gaan? Als je GeenPeil niet wilt,

- welke verwachting van de democratie heb je dan in Nederland?

- ben je blij dat je mening er vier jaar lang weer niet toe doet?

- denk je echt dat die 150 afgevaardigden alles beter weten dan jij?
Doe mee met dit democratische experiment: help GeenPeil aan die ene zetel. Dan doe je er op het Binnenhof elke dag toe.



12 februari 2017

De zelfbeschadiging van Mark Rutte

Premier Rutte zit in een lastig parket. Onhandig opereren heeft hem een moeilijke politieke toekomst opgeleverd.

Geen PVV meer


Zijn eerste kabinet was geconstrueerd rond een taboeverklaring van islam-bashing. Zo had de VVD wel het voordeel van rechts regeringsbeleid maar niet het nadeel van buitenlands gedonder.

Om onverklaarbare redenen is Rutte van die koers afgestapt. Gemakzuchtig heeft hij de hele PVV in de ban gedaan, waar Wilders electoraal minder last van heeft dan de VVD zelf. Niemand gelooft dat de premier het 'minder, minder' (wat zogenaamd zijn motief was) net zo schokkend vond als het OM.

Het gevolg van die misstap is, dat de invloed van Rutte na de verkiezingen daalt. Er zijn drie scenario's (de SP sluit de VVD uit en VVD en CDA gaan nooit akkoord met de 50Plus-eis dat de AOW terug moet naar 65):

Drie keer niks


1)  De VVD regeert met de PVV.

2)  De VVD neemt deel aan een zespartijenkabinet van VVD, CDA, D66, PvdA, CU en SGP.

3)  De VVD doet mee aan een kabinet waar zowel PvdA, als D66, als GroenLinks in zitten.

De eerste mogelijkheid lijkt nu klein, maar hetzelfde kun je van de derde zeggen: de VVD zou in die variant bij de huidige peilingen maar 28% van de Kamerzetels leveren. Haar invloed op het kabinetsbeleid zou navenant gering zijn en daardoor voor nog meer ontevreden VVD-kiezers zorgen. Als Rutte dan de ministerraad voorzit, is drie kwart van de mensen aan tafel geen partijgenoot van hem. Zie dan maar eens gezag op te bouwen in de regeringsploeg.

De kiezer heeft de mogelijkheid het tweede scenario onmogelijk te maken, door die combinatie niet aan een meerderheid te helpen. Een minderheidskabinet van zes partijen bezit geen stabiliteit: 50Plus en GroenLinks zouden hun huid wel heel duur verkopen voor steun aan de coalitie.

Now what?


De VVD heeft zichzelf in een hoek gemanoeuvreerd waar ze niet meer zonder kleerscheuren uit kan komen.

Rutte II was een van de meest succesvolle kabinetten van na de oorlog, de premierbonus lag voor het oprapen, en toch staat Mark Rutte na 15 maart bijna met lege handen en is hij overgeleverd aan de grillen van een hele rits andere partijen.

Dat realiseert hij zich inmiddels natuurlijk ook. Als hij zichzelf tijdens het tandenpoetsen in de spiegel aankijkt, denkt hij vast wel: 'That's another fine mess you've gotten me into'.

Paginagrote advertentie in augustus

Beste kiezers,

Dit is een zwarte dag voor mijzelf en voor Nederland. Mijn vurige wens om niet met de PVV samen te werken, kan spijtig genoeg niet in vervulling gaan. Geloof ik dat het na de monsteroverwinning van de PVV goed is voor ons mooie land, dat Geert Wilders premier wordt? Nee, zeker niet. Waarom heeft de VVD dan toch besloten om daaraan mee te werken?

Het simpele antwoord is: omdat er geen alternatief is. Een uiterste krachtsinspanning om met zes partijen een kabinet te vormen, is mislukt door onenigheid over de euthanasiewetgeving. De blokkade van de SP zorgde er bovendien voor dat er geen andere meerderheidsvarianten meer onderzocht konden worden.

Dankzij de gedoogsteun van VoorNederland en het Forum voor Democratie, beschikt de nieuwe coalitie over een voldoende meerderheid in de Tweede Kamer. Daarmee is voldaan aan de opdracht van de koning om een kabinet te formeren dat kan rekenen op een vruchtbare samenwerking met de Staten-Generaal.

Het breken van een verkiezingsbelofte is iets dat ik niet graag doe, ik heb daar al vaker blijk van gegeven. Maar Nederland moet wel geregeerd worden. Weglopen voor onze verantwoordelijkheid, is iets dat de VVD nooit zal doen. We moeten roeien met de riemen die we hebben en er het beste van proberen te maken. Ik zal er zelf als minister van Buitenlandse Zaken keihard aan werken om de internationale schade zoveel mogelijk te beperken, die het gevolg zal zijn van ons nieuwe immigratiebeleid.

De VVD treedt toe tot het kabinet Wilders, in de volle overtuiging dat de kiezers begrip zullen hebben voor onze keuze, in het licht van de dramatische verkiezingsuitslag in maart, die niemand van ons had kunnen voorzien.

Ik doe een dringend beroep op u om niet meer achterom te kijken, maar samen met ons deze nieuwe uitdaging aan te gaan. In het belang van Nederland.

Ik vertrouw op u.

Mark Rutte

4 februari 2017

Duitse gekte

Het toppunt van de hysterie in de media over het behoedzame antiterreurbeleid van de nieuwe Amerikaanse president, werd gevormd door het doorgaans serieuze Duitse opinieweekblad Der Spiegel. De cover van deze week is zo bespottelijk, dat men er een team van psychoanalytici op zou moeten zetten om het ziektebeeld te ontwarren dat ten grondslag ligt aan het besluit om onderstaande prent op de omslag te plaatsen.


Dat een kunstenaar zijn misplaatste associaties de vrije loop laat, is nog tot daaraan toe: creativiteit laat zich niet conditioneren, ook niet als hij ziekelijk is. Maar als de hoofdredacteur de irrationele tekening vervolgens verheft tot uithangbord, is er iets bijzonders aan de hand: hij is bereid om zijn geloofwaardigheid op het spel te zetten.

Waarom doet een gerenommeerd kwaliteitsblad dat?


Het doet onvermijdelijk denken aan de jaren 30 (we hebben het nou eenmaal over Duitsland). Deze tijd kenmerkte zich door het opzwepen van emoties: voordat de concentratiekampen gebouwd werden, ging eerst de rationaliteit overboord. Mensen zijn in staat om lichtzinnig te beslissen hun verstand (het enige waarmee ze zich onderscheiden van dieren) niet langer te koesteren, maar bij het grofvuil te zetten. Van de opwinding van totale verontwaardiging over vermeend onrecht kan zo'n onweerstaanbare aantrekkingskracht uitgaan, dat het rationele denkvermogen aan de kant geschoven wordt.

Een andere overeenkomst doet zich voor met de bizarre tekeningen die de afgelopen jaren in Griekse en Turkse kranten verschenen, waarbij Angela Merkel was uitgedost in een nazi-uniform met bijpassend hitlersnorretje. Deze groteske bespotting moet pijn gedaan hebben en lijkt bij Duitse links-intellectuelen voor besmetting gezorgd te hebben.

Een derde infectiehaard vormden de mensonterende video's uit moslimextremistische hoek, die zich genesteld hebben in de hoofden van de Hamburgse hoofdredactie: wie met pek omgaat, wordt ermee besmet; zelf heb ik nooit de aandrang gevoeld om opnamen van deze misdaden tot me toe te laten.

Grensoverschrijding


Door de hysterische spotprent niet op de voorlaatste pagina af te drukken, maar hem een ereplaats te geven, overschrijdt Der Spiegel een grens: 'Wij, hoogopgeleide en intelligente Duitsers, nemen afscheid van de ambitie om ons een bezonnen oordeel te vormen over de wereld, en kiezen voortaan voor onserieuze stemmingmakerij.' De reputatieschade die het gevolg is van deze zelfdestructieve koers, wordt daarbij voor lief genomen.

Lezers die de waarde van bedachtzaamheid, nuance, verstand en verantwoordelijkheid wél hooghouden, zullen het blad van onze oosterburen voortaan ongetwijfeld links laten liggen.