11 oktober 2023

De kern van het conflict in het Midden-Oosten


Vier jaar geleden publiceerde ik een roman over de Joodse geschiedenis. Het was me opgevallen hoe beperkt de informatie was – en nog steeds is – die de media over dat onderwerp verstrekken aan het publiek. En ook hoe weinig historische kennis van en inzicht in het conflict in het Midden-Oosten er bestaat bij politici, zoals bijvoorbeeld blijkt uit de wereldvreemde brief die president Bush in 2004 schreef aan de Israëlische premier Sharon over de toekomst van Gaza. Het woord 'visie' kwam daar vijf keer in voor, een analyse van de achtergronden en van de drijfveren van betrokken partijen ontbrak vrijwel geheel. Hij gaf blijk van opgewekt idealisme dat geen recht deed aan de geschiedenis.

EW Magazine tekende vorige maand op dat Geert Wilders als jongeman tot het inzicht was gekomen dat de haat van Arabieren tegen Joden voortkwam uit de islam; een van de redenen waarom hij die religie nu zo fel bestrijdt. Als men verder teruggaat in het verleden, doemt echter een ander beeld op.

In het Spanje van de Middeleeuwen leefde een grote Joodse gemeenschap eeuwenlang onder een islamitisch bewind dat hen weinig in de weg legde. Het was een grotendeels vredige periode waarin grote voorspoed kon worden gerealiseerd en de Joodse cultuur bloeide. De voor Joden onaangename teksten in de koran stonden er toen ook al in, maar speelden geen rol in het leven van alle dag.

Die gunstige omstandigheden verdwenen toen de moslims in de vijftiende eeuw verdreven waren van het Iberisch schiereiland en christenen het er voor het zeggen hadden gekregen. De katholieken maakten zich schuldig aan een systematische vervolging van Joodse burgers, die hier vaak nog aan probeerden te ontsnappen door over te stappen op het christelijke geloof. Maar dat weerhield de kerk er niet van de Inquisitie op hen af te sturen. Vele bloedbaden werden er aangericht en er ontstond een grote vluchtelingenstroom richting de Nederlanden, waar Antwerpen en later Amsterdam economisch van profiteerden; dankzij de vele handelscontacten waar de nieuwe inwoners over beschikten.

Hoe anders zit het conflict tussen Joden en Arabieren in elkaar, bijna duizend jaar later in het Midden-Oosten. In afwijking van de christenen, die Joden om godsdienstige redenen vervolgden, hadden de moslims een heel ander motief voor hun aanslagen en protesten in de jaren 30: de beslissing van de internationale gemeenschap na de Eerste Wereldoorlog om de stichting van een Nationaal Tehuis voor het Joodse volk toe te staan in het grotendeels onbewoonde en verwaarloosde Palestina – het aantal inwoners bedroeg nog geen tiende van wat het nu is – was voor Arabische leiders politiek onaanvaardbaar. Als de eveneens dunbevolkte staat Wyoming aangewezen zou zijn voor de vestiging van een Joodse staat, zouden moslims daar geen probleem mee hebben gehad. Niet religie is de oorzaak van de onenigheid, maar land: het is een geografisch probleem.

Palestina werd (en wordt) als Arabisch territorium gezien; al woonde er haast niemand en was het gebied economisch niet van belang. Met name ten tijde van president Gamel Abdel Nasser van Egypte vierde het Arabische nationalisme hoogtij, en werd de bevrijding van het land uit Joodse handen in de jaren 60 het doel van de terreurorganisatie PLO van Yasser Arafat.

Palestina is de naam van een streek, zoals bij ons de Veluwe. Het staatkundige land Palestina en het Palestijnse volk hebben nooit bestaan, er zijn enkel Joodse en Arabische Palestijnen; in ons land werden in de jaren 30 met de naam ‘Palestijnen’ Joden bedoeld.

Voor het conflict in het Midden-Oosten is er geen oplossing mogelijk in de vorm van een Joodse staat en een Palestijnse staat, zoals het Westen na 1945 tevergeefs probeert te realiseren: beide partijen maken namelijk aanspraak op hetzelfde grondgebied. Geen enkele verdeling daarvan zal de bron van de haat en dus van het geweld wegnemen.




De Volkenbond had het probleem in 1922 al opgelost, door Palestina ten oosten van de Jordaan toe te wijzen aan de Arabieren, en het land ten westen ervan aan de Joden. De Britten, die Palestina tijdelijk bestuurden, hebben verzuimd deze beslissing van de internationale gemeenschap uit te voeren en kozen in plaats daarvan voor het behartigen van de Arabische nationalistische belangen aan de verkeerde kant van de grensrivier. Daar zijn alle huidige problemen in Israël uit voortgevloeid.

10 september 2023

Verkiezingsprogramma BBB

 


Caroline van der Plas heeft de politieke arena verrijkt met een fris, conservatief geluid, waarbij ze tot nu toe weinig controversiële standpunten innam. 

Maar spannend wordt het bij (centrum)rechtse partijen zodra het over sociale zekerheid gaat: behoudende politici hebben weinig affiniteit met armoedebestrijding en maken er dan ook al tientallen jaren een potje van: Nederland kende na het kabinet Den Uyl geen armoede en woningnood meer, een luxe die we ons nu niet meer voor kunnen stellen.

Vrijdag verscheen het verkiezingsprogramma van de BoerBurgerBeweging op hun website, en dat was schrikken: alsof het de achterkant van een bierviltje betrof haalde Van der Plas achteloos een streep door de toeslagen die we in Nederland kennen. Dat is nogal draconisch en simplistisch.

Sinds het schandaal in de kinderopvangtoeslagen stort rechts Nederland zich op de sloop van het toeslagenstelsel: 'In the midst of every crisis, lies great opportunity,' wist Einstein al. Maar dat is in dit geval ten onrechte, omdat er grote verschillen in geschiedenis, werking en doelstelling van de diverse toeslagen bestaan. 

Bij de door Omtzigt en Leijten blootgelegde misstanden was er sprake van een afwijkende systematiek voor toekenning en controle van de uitkeringen, en was het sanctiebeleid arbitrair en onrechtmatig.

Bovendien ging het hier slechts om één op de acht toeslagen die overgemaakt worden door de overheid, en is het niet terecht om de anderhalf miljoen ontvangers van huurtoeslag de dupe te laten worden van deze door kabinetten Rutte veroorzaakte crisis. 

De huursubsidie, zoals hij vroeger genoemd werd, functioneert al tientallen jaren naar tevredenheid en is onmisbaar voor mensen met lage inkomens: hij financiert vaak de helft van hun huur. Door de nauwkeurige toewijzingscriteria komt de hulp bovendien daar terecht waar hij nodig is: armoede is een huurdersprobleem.

Afschaffing van toeslagen kan een koopkrachtverlies van 30% opleveren. Dat zou volgens BBB opgevangen moeten worden met maatregelen in de fiscale sfeer. De partij pleitte er aanvankelijk voor de eerste €20.000 aan inkomsten belasting- en premievrij te maken. Maar mensen met een laag inkomen betalen die heffingen vaak niet omdat ze lager zijn dan de heffingskorting; met de Belastingdienst als spekkoper. 

In het verkiezingsprogramma wil de partij die maatregel toepassen op inkomens tot €30.000, waardoor het aantal begunstigden fors zal toenemen. Dat kost de staatskas miljarden extra per jaar, of de ontvangen bedragen per persoon moeten naar beneden worden bijgesteld. Dat laatste zal de armoedeproblematiek verder vergroten. Een lose-lose-situatie.

De fout die gemaakt wordt is dezelfde als bij de energietoeslag: politici hechten erg aan generiek beleid, omdat partijen daar hun achterban beter mee kunnen bedienen. De voor de bestrijding van energiearmoede dure en ineffectieve €190 die ieder huishouden vorig jaar twee maanden kreeg overgemaakt, heeft de schatkist meer dan 3 miljard euro gekost; net zoveel als de overheid in tien maanden kwijt is aan huurtoeslag.

Armoedebestrijding vergt maatwerk: precieze voorwaarden zijn vereist om de mensen te bereiken die de ondersteuning nodig hebben en om verspilling van gemeenschapsgelden tegen te gaan. BBB wil een overheid die zich beperkt tot haar kerntaken. Dat valt niet te rijmen met het subsidiëren van de helft van Nederland (53% verdiende in 2021 minder dan €30.000). 

De financiële voorstellen schreeuwen om doorrekening ervan door het Centraal Planbureau, maar dat staat de plattelandspartij niet toe. Voor het maken van koopkrachtplaatjes heb je toch echt een spreadsheet nodig.

Het toeslagenvoorstel van BBB staat haaks op de beleden ideologie dat de overheid beter naar de burgers moet luisteren. Het aantal ontvangers van toeslagen dat de afschaffing ervan afwijst, zal niet onderdoen voor het percentage boeren dat niks van het stikstofbeleid moet hebben. Zoals Van der Plas naar laatstgenoemden kan luisteren, zou ze ook oor moeten hebben voor die eerste bevolkingsgroep. 

Haar suggestie om samen te gaan koken, als maatregel tegen armoede, doet denken aan het advies van Jetta Klijnsma aan minvermogenden om een moestuin te beginnen: het illustreert de afstand tussen politiek en samenleving. 

Uit onderzoek blijkt bovendien dat slechts 10% van de ontvangers van toeslagen ontevreden is over de dienstverlening van de Belastingdienst (Toeslagenmonitor kwartaal 4 2022). Dan geldt het adagium: If it ain’t broke, don’t fix it.

Gelukkig is het verkiezingsprogramma van BBB nog maar een concept: werk aan de winkel voor de leden ervan, om het sociale gezicht van de partij te redden.

18 november 2020

Fictieve ontknoping van het Amerikaanse verkiezingsdrama

Aron Nolan begreep meteen dat dit zijn chance of a lifetime was: het campagneteam van de Republikeinse Partij in Atlanta, Georgia had hem zojuist gebeld met het verzoek 'to fix the election for the President'. De Grand Old Party had net te weinig stemmen binnengehaald in de perzikstaat en ze had een plan B nodig. 

De ambitieuze advocaat uit Philadelphia had de avond ervoor op de populaire conservatieve zender NewsMax - die de ratings van het naar de Democraten overgelopen FoxNews naar beneden joeg - uit de doeken gedaan langs welk pad president Trump de overwinning in de presidentsverkiezing veilig kon stellen.

De hertelling in Georgia dreigde opnieuw op een debacle uit te lopen, doordat Republikeinse waarnemers de stembiljetten nog steeds niet up-close konden volgen, laat staan beoordelen op hun geldigheid.

In Arizona werd TeamTrump met een nog groter probleem geconfronteerd: hoewel het stemmenverschil met Biden slechts een paar duizend ballots bedroeg, konden daar geen rechten aan ontleend worden op een recount.

Enkel in het goedgeorganiseerde Wisconsin had het opnieuw tellen van de stembiljetten de gewenste flip opgeleverd: de reeds aan tegenkandidaat Biden toegekende kiesmannen waren overgeheveld naar de kolom van Trump.

North Carolina was al conform verwachting door de networks aan de president toebedacht, maar de voorsprong van de Democraten in Michigan was te groot om ingehaald te kunnen worden en Trump had nog twee staten nodig voor de resterende kiesmannen, boven op de 242 die hij inmiddels had verkregen.

Daar hadden Arizona en Georgia voor moeten zorgen, maar de deadline waarvoor de uitslagen gecertificeerd dienden te worden kwam snel dichterbij en op het juridische front was er nog geen bres geslagen in de meerderheid die voormalig vicepresident Biden veroverd had.

'Go for a vote!' had Nolan in het televisie-interview geantwoord op de bijna wanhopige vraag van de presentator hoe het nog goed kon komen voor Republikeins Amerika. De beste strategie was in de ogen van de Pennsylvanian om de Huizen van Afgevaardigden en Senaten van de battleground states te laten stemmen over de keuze van de electors.

Het was de voorzitter van het Huis in zijn eigen staat geweest die hem op het idee gebracht had. Deze Tony White had in antwoorden op vragen van journalisten laten doorschemeren dat het parlement in geval van onduidelijkheid over de verkiezingsuitslag deze niet voetstoots over hoefde te nemen:

'Waar het hier om gaat is niet enkel het aanwijzen van een winnaar, maar bovendien om het herstel van het vertrouwen van de kiezer, die eraan twijfelt of de stembusuitslag wel eerlijk tot stand gekomen is,' meende de Speaker. Om dat probleem op te lossen vond hij een audit onvermijdelijk.

'That's it!' dacht de jonge advocaat opgetogen, toen hij beelden van de persconferentie zag. Om uit de moeilijkheden te komen die tellingen, hertellingen en mislukte lawsuits hadden opgeleverd, was er enkel een grondig onderzoek door deskundigen noodzakelijk van het verloop van de verkiezingen, om zo de onrechtmatigheid ervan boven water te krijgen.

Nolan realiseerde zich dat het helemaal geen vereiste was dat er tienduizenden ongeldige stembiljetten opgespoord werden, de publieke opinie hoefde er alleen maar van overtuigd te worden dat de uitslagen in de battleground states onbetrouwbaar waren.

Als nieuwbakken lid van het legal team van de president maakte hij de gewijzigde koers van de GOP bekend in de media. De Democraten stonden meteen op hun achterste benen en beschuldigden de Republikeinen van het stelen van de verkiezingsuitslag.

'Stop the steal!' riep de voorzitter van de DNC verontwaardigd uit, na het horen van de plannen om de popular vote niet langer bepalend te laten zijn voor de uitslag.

Binnen de GOP werd koortsachtig overlegd over het voorstel: was het wel netjes tegenover de kiezer om het zo te doen, werd de democratie er wel mee gediend, en kon het eigenlijk wel?

Als constitutional lawyer had de advocaat de volksvertegenwoordigers haarfijn uit kunnen leggen dat het weliswaar in strijd was met de regelgeving in sommige staten om henzelf te laten beslissen over de kiesmannen, maar dat de federale grondwet er geen enkele twijfel over liet bestaan dat het parlement hiertoe gerechtigd is. Ook het federale Supreme Court zou deze opvatting huldigen.

Zowel in Arizona als in Georgia controleerden de Republikeinen de macht: in beide Kamers van het Congres beschikten ze over een meerderheid en binnen een week gingen ze ertoe over de benodigde kiesmannen aan te wijzen die de president evenveel stemmen opleverden als zijn Democratische uitdager, nadat uit onderzoek van IT-specialisten was gebleken dat de gebruikte verkiezingssoftware van een aan de Clinton Foundation gelieerd bedrijf niet betrouwbaar was.

Omdat de stemmen in het Kiescollege staakten moest het Congres in Washington de knoop doorhakken. Aangezien elke staat bij die procedure over evenveel stemmen beschikt en er meer Republikeinse dan Democratische staten zijn, veroverde Donald J. Trump op deze manier zijn tweede ambtstermijn.

Het was de president zelf die de advocaat vanuit de Oval Office opbelde om hem te prijzen voor het vlottrekken van de herverkiezingscampagne en het veiligstellen van de overwinning. Als blijk van zijn waardering bood hij hem een staffunctie aan in het Witte Huis.

7 november 2020

Nieuwsuur hangt vuile linkse was niet buiten

De oneerlijkheid van modern links werd onbedoeld weer eens breed uitgemeten in een item van Nieuwsuur zaterdag. In een misleidende uitzending werden de dramatische gevolgen van de door het tweede kabinet Rutte ingevoerde participatiewet belicht, zonder een woord vuil te maken aan de veroorzakers van de beschreven ellende.

Het behoort tot de normale journalistiek om de ontstaansgeschiedenis van een maatschappelijk probleem te schetsen, naast het geven van een beschrijving ervan en een opsomming van mogelijke oplossingen. Nieuwsuur sloeg die eerste fase over, en besloot de vuile progressieve was niet buiten te hangen. De blunders van PvdA en FNV bij de totstandkoming van de participatiewet werden geheel verzwegen, en in plaats daarvan mochten representanten van die organisaties uitvoerig toelichten welke mooie politieke ideeën ze erop nahielden.

Iedereen die ertoe deed bij de totstandkoming van dit betreurenswaardige stuk wetgeving werd uit de wind gehouden. Drie linkse mannen die ervoor verantwoordelijk waren werden gespaard en drie linkse vrouwen mochten de huidige vooruitstrevende wensen voor het voetlicht brengen.

De PvdA was acht jaar geleden bezeten van het idee dat 'de economie gered' moest worden, een overtuiging die tot op de dag van vandaag nog gehuldigd wordt door de huidige politiek leider van die partij – in werkelijkheid was er enkel sprake van onrealistische en destructieve eisen van de EU met betrekking tot de omvang van het begrotingstekort.

De sociaaldemocraten committeerden zich volledig aan de bezuinigingsdrift die eruit voortvloeide, die voor onnodige sociale en economische schade heeft gezorgd en de PvdA de grootste verkiezingsnederlaag in de parlementaire geschiedenis heeft opgeleverd. Die overigens geen persoonlijke gevolgen heeft gehad voor de hoofdrolspelers in dit drama en door de partij niet verwerkt maar onder het tapijt geveegd is.

 


Bij de formatie van Rutte II had de PvdA nog een – voor haar achterban – redelijk ogend regeerakkoord weten af te sluiten, maar een groot deel ervan verdween in het voorjaar van 2013 al gauw in de prullenbak, tijdens de totstandkoming van een sociaal akkoord. PvdA-fractieleider Samsom, minister van Sociale Zaken Asscher en FNV-voorzitter Heerts zetten daarin een punt achter decennia sociale politiek van links Nederland. Wetgeving die nog was ingevoerd door het kabinet Den Uyl werd door de moderne socialisten bij het grofvuil gezet. De meest kwetsbare groep op de arbeidsmarkt, jongeren met een handicap, verloren massaal hun recht op sociale voorzieningen en aangepaste arbeidsplaatsen.

Dat alles leverde de schatkist ruim een miljard euro op, en dat was het doorslaggevende motief van de onderhandelaars. Van vele kanten werd door deskundigen gewaarschuwd voor de sociale en financiële problemen die het gevolg zouden zijn van de gemaakte afspraken, de Kamerfractie van de PvdA heeft zich nergens wat van aangetrokken en als braaf stemvee de draconische participatiewet, waarin de bezuinigingen uitmondden, aan een meerderheid geholpen.



Staatssecretaris Jetta Klijnsma was bereid haar sociale reputatie te grabbel te gooien en het wangedrocht door het parlement te loodsen. Daarvoor is ze beloond met het commissarisschap van de provincie Drenthe. Heerts kreeg na een tenenkrommend betoog tijdens een hoorzitting in de Tweede Kamer een burgemeesterspost in de schoot geworpen en Samsom geniet van een vorstelijk salaris in Brussel. De falende Asscher mag opnieuw de kar trekken bij de volgende Kamerverkiezingen.

De programmamakers weten van de hoed en de rand, ze zijn tot in detail op de hoogte van de geschiedenis van de afschaffing van de voor veel jonggehandicapten noodzakelijke sociale zekerheid. Ze hebben geen poging gedaan om professionele journalistiek te bedrijven maar de politieke beslissing genomen om PvdA en FNV te ontzien. Dat het moreel bedenkelijk is om je kijkers nogal relevante informatie te onthouden, is daarbij kennelijk geen overweging geweest.

Terwijl de hele voorgeschiedenis werd overgeslagen in Nieuwsuur, was er wel uitgebreid aandacht voor een oud-Kamerlid van de PvdA, dat tijdens Rutte II helemaal geen probleem had gehad met het stemgedrag van de fractie, een belangenbehartiger van gehandicapten die onweersproken de goede bedoelingen mocht benadrukken van de veroorzakers van het sociale leed, en een kandidaat-voorzitter van de FNV, die eerder nog bezwaar had gemaakt tegen zendtijd voor een rechtse opiniemaker en die al maanden bezig is een zo progressief mogelijk profiel op te bouwen maar daarbij weigert het voor de vakbeweging beschamende sociaal akkoord van 2013 te veroordelen en daarvoor excuses aan te bieden.

 


De drie dames mochten de gevolgen van het hardvochtige beleid van PvdA en FNV betreuren, maar man en paard dienden daarbij vanwege misplaatste loyaliteit niet genoemd te worden. Zo heeft de redactie van Nieuwsuur dat zorgvuldig geregisseerd – volgens hetzelfde stramien toont de NOS steevast vredelievende moslims na een islamitische terroristische aanslag.

De kijker dient een positief beeld te houden van links en zijn idealen, linkse bestuurders worden niet ter discussie gesteld. Dat is een vorm van verdoezelen die in dit geval beledigend is voor de slachtoffers van de participatiewet die zonder inkomen en zonder toekomstperspectief thuis op de bank zitten. Het bevestigt het beeld dat functionarissen in de politiek belangrijker zijn dan beleid, dat linkse idealen eerder tot doel hebben hoogopgeleiden aan lucratieve banen te helpen dan de belangen van gewone mensen met een zwakke sociale positie te behartigen.



Een korte versie van dit artikel verscheen op 5 november 2020 op Ongehoord Nederland.

13 september 2020

Andere Tijden meent acteur Donald Jones postuum te moeten slopen


Men kan zonder overdrijving stellen dat de van oorsprong Amerikaanse acteur Donald Jones een van de leukste Nederlandse allochtonen is geweest. De zwarte immigrant was vanaf de jaren 50 een verrijking voor de cultuur van ons land. Je hebt van die mensen waar niemand boos op kan worden en die iedereen aardig vindt. Hij was zo iemand. Een hele generatie kinderen is opgegroeid met de aanstekelijk opgewekte en blijmoedige televisiester die regelmatig in jeugdprogramma's te zien was. De klassieker Pipo had het grote succes mede te danken aan zijn rol in die televisieserie.

Zijn populariteit zal er ongetwijfeld toe hebben bijgedragen dat de regering in de jaren 70 een groot deel van de Surinaamse bevolking in ons land heeft laten immigreren. Negers, zoals Jones hen noemde, waren dun gezaaid in het Europese deel van het koninkrijk en hadden er een ijzersterke reputatie. Zowel dominee Martin Luther King, de voetballers Pelé en Eusébio, als de kampioen van Wimbledon Arthur Ashe, hadden daar mede voor gezorgd.

Zwart was synoniem met positief en op Gerard Reve na liet vrijwel iedereen het wel uit zijn hoofd om bezwaar te maken tegen de binnenkomst van onze rijksgenoten. De cultuurverschillen waarvoor hij waarschuwde werden nog niet als een probleem gezien en de link tussen multiculturaliteit en criminaliteit werd nog door niemand gelegd.

Inmiddels heeft radicaal-links vaste grond onder de voeten gekregen in de westerse wereld en zijn obsessie met rassen tast ook in ons land het leefklimaat aan. In de smadelijke uitzending van Andere Tijden van vorige week woensdag werd Donald Jones daar het slachtoffer van. De zuurpruimen van dienst sloopten zijn imago stukje bij beetje, zijn decennialange fans in verbijstering achterlatend.

Van alles was er mis met de artiest: hij was te lollig, niet echt volwassen, hij maakte het 'de superieuren' (zo werd de autochtone Nederlandse bevolking spottend aangeduid) te veel naar de zin en de presentator en haar gesprekspartner waren bijkans in shock toen ze hem halfnaakt met zuster Klivia zagen dansen.

Als een Afrikaan op een achttiende-eeuwse slavenveiling werd Jones genadeloos gekeurd en zijn huidskleur was zo'n beetje het enige dat aan hem deugde. Zijn eigen gevoel, beleving, subjectiviteit en ziel werden hem ontnomen. Kil en liefdeloos werd hij als object geanalyseerd. Vals suggereerde de redactie van het programma bovendien nog dat zijn 'domme' acts hem in het verleden ook al werden verweten.

De optredens van Donald Jones waren flagrant in strijd met de huidige identiteitspolitieke mores, zoveel was wel duidelijk. En hij werd als een deplorable weggezet. Met hetzelfde respectloze dedain als waarmee Joe Biden zwart Amerika sommeerde om Democratisch te stemmen (wat ze in toenemende mate niet meer doen, ondanks een vermeend racistische president).

De uitzending was ontluisterend en je houdt je hart vast bij de gedachte welke overige sloopwerkzaamheden Andere Tijden nog in petto heeft als het om de vaderlandse historie gaat.

Deze geschiedvervalsing verdient correctie. Mensen die jonger zijn dan vijftig weten nauwelijks iets van Donald Jones en je kunt hen van alles wijsmaken als ze niet zelf op onderzoek uit gaan – de Israël-verslaggeving kent hetzelfde probleem.

Gaandeweg wordt onze cultuurgeschiedschrijving beroofd van een essentiële eigenschap: Nederland was in de tijd dat Jones hoogtij vierde een harmonieus en cultureel-homogeen land (hijzelf speelde nog voor Zwarte Piet, Hanneke Groenteman sprak nog argeloos over 'blanken'), en een stuk vriendelijker dan momenteel. Met het aanjagen van de racismehetze, waar intolerant links zich schuldig aan maakt en waar ook conservatieve immigranten steeds meer de dupe van worden, wordt het er niet beter op.

Zoals de moralistische agressie decennia geleden bij rechts zat – de op handen gedragen Mies Bouwman werd bedreigd omdat rechtlijnige kijkers het satirische programma Zo is het toevallig ook nog eens een keer niet pruimden – zo komt het onverdraagzame puritanisme nu van links. Niet geheel onbegrijpelijk wordt het politiek activisme daarom wel aangeduid als cultuurmarxisme.

Na de recente coming-out van Gerri Eickhof als niet-blanke – de meesten van ons hebben daar tientallen jaren lang niet bij stilgestaan (kleurenblindheid bestaat echt) – en de racisme-beschuldigingen die velen om de oren vliegen en waarvoor ook hij voor de rechter wordt gedaagd, is het nodig dat mensen van goede wil zich afzetten tegen het indelen van de bevolking in etnische categorieën met bijbehorende gedragswijzen. En ieders recht onderstrepen om enkel op zijn of haar gedrag en op niets anders beoordeeld te worden. Al het andere lijkt namelijk al gauw op laster en komt in het ergste geval neer op smaad.

En niet alleen zwarte kinderen worden gepest in Nederland, meneer Eickhof, weinig roodharige inwoners van ons land hebben een jeugd gekend waarin ze niet uitgescholden werden. Het is niet te hopen dat een collega van u die het weer doet bij het Journaal, daar nog eens actie tegen gaat voeren.



Dit artikel verscheen op 13 september 2020 op OpinieZ.

25 juli 2020

Mondkapjesblues


Beste kabinet,

Er zijn heel veel ouderen die zich de afgelopen maanden zeer gedisciplineerd hebben gedragen om besmetting met het coronavirus te voorkomen. Dat was verstandig, want zij behoren tot de risicogroep.

Dat brengt als groot voordeel met zich mee dat zij van zichzelf weten dat ze virusvrij zijn. Dat is honderd procent zeker. Het is daardoor uitgesloten dat deze mensen iemand anders zouden kunnen besmetten. Het dragen van een mondkapje door hen, om te voorkomen dat anderen besmet raken, is dus onzinnig, want de kans daarop is al nihil.

Ja maar, hoor ik u zeggen, ze zouden door anderen besmet kunnen worden, en om zich daartegen te beschermen moet ze toch een mondkapje dragen.

Are you kidding? Mensen die zich maandenlang voorbeeldig terughoudend hebben gedragen, zouden vanaf nu roekeloos gedrag gaan vertonen en zich naar drukke locaties begeven, wetend hoe riskant dat voor hen is?

Burgers die zich keurig gedragen hebben, hebben niet alsnog een verplichting van de overheid nodig om voor hun eigen veiligheid te zorgen. Er bestaat ook nog zoiets als eigen verantwoordelijkheid en ze hebben er blijk van gegeven daar heel goed mee om te kunnen gaan.

Wees daarom rationeel, en bezwijk niet voor de onwetenschappelijke propaganda om mondkapjes verplicht te stellen. Wijs ouderen er nog eens op hoe belangrijk het is om jongeren voorlopig te mijden. 

En laat die laatste groep fijn vakantie vieren, na ze nog een keer op het hart gedrukt te hebben dat ze met een grote boog om zestigplussers heen moeten lopen, in het belang van de gezondheid van die ouderen.

Oudere Nederlanders rekenen op jullie gezond verstand!

Chris

9 juli 2020

De huidige activistische opstand lijkt vooral negativiteit in mensen naar boven te halen




Anders dan Martin Sommer in de Volkskrant van zaterdag 4 juli meent, is de culturele revolutie van nu niet te vergelijken met die van vijftig jaar geleden. De tijdgeest was in de jaren zestig en zeventig vervuld van positivisme en optimisme. De dominante beleving was er een van hoop op en verwachting van een betere toekomst.

Bij de huidige poging tot omwenteling is haat voelbaar, de verontwaardiging giert rond op de sociale media. Confrontatie is wat men wil, het conflictmodel wordt nadrukkelijk aangehangen. Er valt een bereidheid te bespeuren om psychologisch geweld te gebruiken tegen medeburgers.

De jaren zestig stonden in het teken van de bewonderenswaardige verdraagzaamheid van de hippies. Hoe groot is het contrast met de verbale agressie die je nu dagelijks om de oren vliegt als je er per ongeluk tegenaan loopt. De intolerantie van modieus links, gepaard aan het intellectuele onvermogen om een discussie op feiten te voeren en zo de dialoog aan te gaan, doet je de schrik om het hart slaan als je het progressieve Nederland van een halve eeuw geleden nog op het netvlies hebt staan.

De huidige activistische opstand lijkt vooral negativiteit in mensen naar boven te halen. De verongelijktheid, boosheid en onverdraagzaamheid van nu steken schril af bij de blijheid van de bloemenkinderen toen.

Ruziemakende landgenoten

Het vreedzame en harmonieuze Nederland van de jaren zeventig is veranderd in een kluwen ruziemakende landgenoten die de leefbaarheid danig onder druk zetten. Uiterst links en uiterst rechts laten beide hartstochtelijk van zich horen en lijken er enkel nog op uit om politieke winst te boeken en niet meer bereid de democratische rechtsorde als hoogste goed in ere te houden.

Terwijl Forum voor Democratie de antisemitische kruistochten verheerlijkt, kiest links voor regentesk regeringsbeleid met een minimum aan invloed voor zowel kiezers als Kamerleden, waarbij de schouders worden opgehaald over een motie van afkeuring van senatoren. Redelijkheid, kiezen voor het debat, waarheidsvinding: nobel gedrag uit een lang vervlogen tijd waarvoor geen ruimte en geen passie meer lijkt te bestaan.

Dan nog de misvatting van Sommer dat het bij de antiracismebeweging om gelijkberechtiging zou gaan. Niets is minder waar. Het gevaarlijke, want polariserende rassenthema onderstreept het hiërarchische denken van activistisch links. Suggesties dat zwart goed en blank slecht zou zijn, worden niet afgekeurd: blank mag wel worden gediscrimineerd, zwart niet. Bij positieve discriminatie gaat het per definitie om ongelijkheid. Dat vond zelfs het College voor de Rechten van de Mens te ver gaan en het riep een universiteit tot de orde die de mensenrechten al te voortvarend geschonden had.

Conservatief maatschappijbeeld

Tragisch is dat zwarte mensen enkel worden misbruikt voor een links politiek doel, want zodra ze er een conservatief maatschappijbeeld op na houden, worden ze door de revolutionairen niet meer gepruimd.

Bovendien is er nog iets anders, dat links vroeger bezighield en waar het zich nu nauwelijks meer om bekommert. Zwarte mensen in Nederland kennen dikwijls veel grotere problemen dan racisme: er heerst op grote schaal armoede onder minderheden en de woningnood is voor hen tot ondraaglijke hoogte gestegen.

Als de congresgangers van de PvdA in de jaren zeventig een blik in onze tijd hadden kunnen werpen, zouden ze verbijsterd zijn geweest. Op bijna elk voor sociaaldemocraten relevant terrein is de samenleving achteruit gekacheld. Progressieven waren in die tijd bovendien geen activisten maar vormden een brede volksbeweging met meer dan vijftig Kamerzetels voor de sociaaldemocraten.

Na het kabinet-Den Uyl was er vrijwel geen armoede meer in ons land. Mensen die waren aangewezen op een bijstandsuitkering konden daarvan rondkomen en voedselbanken waren niet nodig. De naoorlogse woningnood was opgelost: woningcorporaties adverteerden in de krant met hun nieuwbouwwoningen waarvoor geen wachtlijsten bestonden.

Hoe anders is dat veertig jaar later: links heeft zich gearrangeerd met het neoliberalisme. De sociaaleconomische agenda is grotendeels afgevoerd en economen zijn er nauwelijks meer te vinden in hun Kamerfracties.

Links is voluit op de culturele toer gegaan en heeft haar verantwoordelijkheid voor de behartiging van materiële belangen van armen laten varen. Immigratie, klimaatalarmisme, identiteitspolitiek en een machtige Europese Unie, het is allemaal belangrijker dan het zorgen voor fatsoenlijke inkomens en huisvesting aan de grotendeels zwarte onderkant van de samenleving.


Dit artikel verscheen op 8 (digitaal) en 9 (papier) juli 2020 in de Volkskrant.


30 juni 2020

De situatie op rechts



De meest spectaculaire ontwikkeling in de Nederlandse politiek in het afgelopen decennium is het verdwijnen van de conservatieve geluiden uit VVD en CDA. De pragmatische no-nonsense-generatie van weleer van de daadkrachtige premier Lubbers (CDA) en zijn vicepremier Van Aardenne (VVD) is gaandeweg vervangen door de grotendeels onzichtbare en onkritische lichting die de Kamerfracties van beide partijen op dit moment bevolkt.

Voor hen zijn het niet langer de liberale beginselen (vrijheid) of die van de verschrompelende christendemocratie (broederschap) die de leidraad vormen voor hun handelen, maar de mode van de dag zoals die bepaald wordt door belangengroepen, ngo's, internationale organisaties zoals EU en VN, planbureaus en media.

Hoeveel VVD'ers en CDA'ers zagen vijf jaar geleden de energietransitie aankomen? Opeens zijn ze er allemaal voorstander van. Van een nationaal debat is nauwelijks sprake geweest bij het overnemen van deze internationale agenda, die wezensvreemd is voor ons voorheen polderende land.


De positie van Mark Rutte is ondertussen ijzersterk, er is geen uitdager in zicht. Klaas Dijkhoff valt de laatste tijd vooral op door een gebrek een profileringsdrang, nadat geen van zijn proefballonnetjes van de afgelopen jaren heel is gebleven en hij geen kroonprins meer is. Voor wat rechtse tegendruk kan hij niet zorgen.

De fractieleider van de VVD weet dat er de komende kabinetsperiode waarschijnlijk niet veel meer voor hem in het vat zit in de Kamer dan een rol op het tweede plan. Een vicepremierschap behoort niet tot de mogelijkheden, dus mocht hij weer minister worden, dan maakt hij geen deel uit van de top van het kabinet.

De linkse koers van Mark – op bijna elk dossier behalve het sociaaleconomische – kent geen interne oppositie van betekenis. En zijn strategie is bijna altijd dezelfde: de premier houdt zich eerst op de vlakte om te zien welke kant de meute op wil, en gaat dan enthousiast vooroplopen. Conflictmijding is zijn handelsmerk: geen uitgesproken standpunt innemen zolang het stof nog niet neergedaald is.

De meeste premiers zijn na tien jaar regeren wel opgebrand en stranden door hun eigen overmoed of omdat de kiezers wel eens een ander gezicht willen zien. Rutte lijkt, met geruststellende peilingen voor zijn partij en een hoge approval rating voor hem persoonlijk, moeiteloos voor de vierde keer een kabinet te kunnen gaan leiden.

Ook al heeft wishful thinking bij een enkele columnist nog de overhand, Nederland lust wel pap van zijn minister-president-zonder-visie.




Om gek van te worden, voor Thierry Baudet. Zijn strategie om rechtse kiezers van VVD en CDA over te hevelen naar zijn eigen partij en met het restant ervan te gaan samenwerken, is tegen de verwachting van journalisten in als een kaartenhuis in elkaar gezakt: meer dan de helft van de virtuele kiezers is alweer vertrokken.

De koersverandering aan de top van die twee gevestigde partijen blijkt namelijk heel goed te corresponderen met de wensen op lokaal niveau. Behoudende leden roeren zich nauwelijks nog. De verlinksing van Oud Rechts blijkt meer bottom-up dan top-down te zijn en ook de werkgevers zijn een stuk naar links opgeschoven.

Als gevolg daarvan hebben zich binnen VVD en CDA geen conservatieve kandidaten gemeld om de leiderspositie op te eisen en van een interne politieke richtingenstrijd is geen sprake na het echec van de samenwerking met de PVV, die traumatisch geweest is voor het CDA.

PVV en Forum voor Democratie hebben vrijwel alle rechtse kiezers al binnen: hooguit een vijfde van het electoraat. De stunts die Baudet de afgelopen drie jaar heeft uitgehaald, hebben daar niets aan veranderd.

Inhoudelijk is samenwerking van PVV, FvD, VVD en CDA moeilijk voorstelbaar, zo die combinatie een meerderheid zou behalen. De Nieuwrechtse partijen zijn het op bijna alle hoofddossiers oneens met de twee 'kartelpartijen'. En het doen van grote concessies door de eerste twee is niet goed denkbaar zonder de nodige electorale schade.



Nederland heeft een harde rechtse kern die buitenspel staat en geen perspectief heeft op deelname aan de macht. Rechts maakt een linkse aardverschuiving mee waardoor het weerloos meegesleurd wordt. Het kan niets ondernemen tegen het weggespoeld worden van het Nederland zoals we dat kenden, want het krijgt geen poot aan de grond op het Binnenhof.

Zoals VVD en CDA met het verstand op nul kiezen voor een linkse koers, zo heeft Nieuw Rechts zichzelf vastgeklonken aan een isolationistisch traject. Rechts heeft bij ons geen kans op een meerderheid maar droomt daar nog wel van en op Twitter koestert het ene vlaggetje of klassieke gebouwtje na het andere tractortje of uiltje illusies over het veroveren van de macht.

De term 'zwijgende meerderheid', die daarbij geregeld valt, is net zoals Black Lives Matter overgewaaid uit Amerika. In beide gevallen slaat men de plank mis als men die slogans op Nederland toepast en is er slechts sprake van Amerikaatje spelen.


In de VS kent men wel een zwijgende meerderheid: de meeste Amerikanen steunen bijvoorbeeld het beleid van president Trump als het om law & order gaat, maar bij ons bestaat zij niet. Om maar wat te noemen:

  • slechts 39% wilde dat Halsema aftrad
  • 71% maakt zich zorgen over het klimaat 
  • twee derde van de kiezers ziet stikstof als een probleem
  • een petitie voor Jan Pieterszoon Coen staat te verpieteren
  • het rechtse geluid van Teeuwen trok nog geen 400.000 kijkers op de NPO
  • de tegenstanders van Rutte zijn niet in staat om een mensenmassa op de been te brengen, die van Van Agt, Lubbers, Kok en Balkenende slaagden daar wel in

Rechts is politiek impotent in Nederland: het heeft geen invloed en het heeft niet doordacht hoe het die kan verkrijgen. De veelal constructieve ideeën van Nieuw Rechts (referendum, migratie, klimaat, EU, NPO) verdienen een betere strategie. Dat zou rationele en veranderingsgezinde conservatieve mensen aan moeten zetten tot een koerswijziging, maar dat zien we niet gebeuren.




Rechts heeft zich afgesplitst en weg laten spelen in de West-Europese samenlevingen: modieus links bepaalt de agenda, van klimaat en biodiversiteit tot racisme en migratie. Rutte kan niets anders doen dan GroenLinks volgen, wil hij zijn machtspositie behouden.

De VVD, ooit opgericht door conservatieve liberalen, doet op bijna elk terrein het tegendeel van wat haar tien jaar geleden nog voor ogen stond. En het cordon sanitaire doet de rest: een machtig politiek wapen waarop nog geen antwoord is gevonden.

Conservatieven hebben VVD en CDA verlaten, terwijl Ontevreden Rechts juist meer kans maakt om veranderingen te bewerkstelligen door in die twee partijen actief te zijn dan door – omwille van het clubgevoel – lid te worden van Forum voor Democratie. Daarin is men, ondanks de massaliteit, geheel ongevaarlijk voor de gevestigde orde.

Bovendien is Forum voor Democratie in wezen een revolutionaire partij en is de Nederlandse volksaard antirevolutionair, zoals de socialist Troelstra tot zijn afgrijzen moest ontdekken, toen hij het 'vermolmde en verrotte' partijkartel van een eeuw geleden omver wilde trekken.

23 maart 2020

U heeft het in Nieuwsuur niet meegekregen, terwijl dit een ramp is van het kaliber beurskrach 1929

In de media is de aandacht bijna exclusief gericht op de medische gevolgen van het coronavirus. Hoe begrijpelijk dat ook is, daar kan het niet bij blijven als men een zorgvuldige besluitvorming wil nastreven in deze crisis. De grote dreiging voor Nederland is namelijk niet alleen dat er ten minste 40.000 mensen doodgaan, zoals sommige modellen voorspellen, het gevaar is ook dat de economie in elkaar klapt. Dat levert nog veel meer (zij het niet-dodelijke) slachtoffers op door inkomensverlies en werkeloosheid.

Dat klinkt heel cru, maar het is nodig om meer dan oppervlakkig te kijken naar de economische gevolgen van de bestrijding van de pandemie.

Werkgeversvoorzitter Hans de Boer zag de economische groei drie weken geleden nog met enkele tienden van een procentpunt afnemen. De huiseconoom van Nieuwsuur hield het er deze week op dat we met een economische krimp van 3% geconfronteerd kunnen gaan worden.

We zijn compleet overvallen en moeten de ramingen rap bijstellen. Als het tegenzit kan de schade een veelvoud bedragen van de inschatting van de tv-econoom als we niet alleen in de nu al onvermijdelijke recessie belanden maar zelfs een jarenlange depressie mee gaan maken.

Bij alle focus op de zorgsector blijft het bloedbad op de beurzen onderbelicht. Gerenommeerde ondernemingen hebben in een paar weken tijd meer dan de helft van hun beurswaarde verloren en de financiële markten lopen meestal vooruit op economische malaise.

Aandelen ABN-AMRO zijn nog maar een kwart waard van wat beleggers er twee jaar geleden voor wilden betalen. Trouwe dividendbeleggers in Koninklijke Olie – het tegenwoordig Royal Dutch Shell geheten vlaggenschip op het Damrak – weten niet wat hen overkomt als gevolg van de kelderende olieprijs.

De investering van minister Hoekstra ruim een jaar geleden in Air France-KLM – die ook nog eens onrechtmatig schijnt te zijn geweest en nu door de Algemene Rekenkamer onderzocht wordt – is voor een groot deel verdampt. U heeft het in Nieuwsuur allemaal niet meegekregen, terwijl dit een ramp is van het kaliber beurskrach 1929.

We moeten het er wel over gaan hebben. Want er is een afweging nodig tussen het aantal mensen dat zijn leven verliest (en het effect daarvan op de nabestaanden) en het aantal mensen dat zijn huidige bron van inkomsten kwijtraakt (en de hoeveelheid koopkrachtverlies die zij en anderen daarvan gaan ondervinden).

Een voortijdig overlijden van tienduizenden Nederlanders zou de grootste tragedie zijn sinds de Tweede Wereldoorlog, maar wel een die we als samenleving kunnen incasseren. Voor zo’n één miljoen mensen zal een dergelijk verlies grote persoonlijke gevolgen hebben, maar voor de overige 17 miljoen niet of nauwelijks. Dat laatste heeft grote consequenties voor de snelheid waarmee de maatschappij zich straks weer kan herstellen.

Aangezien de kwetsbaarheid van ouderen voor het coronavirus tientallen keren groter is dan die van jongeren, zal massale sterfte voor meer dan 90% ervan 60-plussers betreffen die merendeels niet economisch actief zijn. De productiviteit van de economie zal slechts in geringe mate teruglopen doordat de workforce nauwelijks wordt aangetast. Het menselijke drama zou niet leiden tot economische rampspoed.

Als men echter – zoals zowel Democraten in Amerika als Wilders en Baudet in Nederland willen (les extrêmes se touchent) –  voor een totale lockdown zou gaan, loopt de economie forse klappen op. Grote bedrijven proberen dan overeind te blijven door werknemers in groten getale af te laten vloeien en kleine bedrijven gaan massaal over de kop want die kunnen niet lang overleven als er maandenlang vrijwel geen inkomsten meer zijn.

De economie staat niet stil – de supermarkten verkopen meer dan ooit en de fabrieken van Unilever draaien op volle toeren –  maar kan wel fors afgeremd worden als er te weinig bedrijvigheid overblijft om het huidige nationaal inkomen bij elkaar te verdienen doordat werknemers de deur niet meer uit mogen. Als het om economische groeit gaat is elke sector van vitaal belang.

Welk onderstaand rijtje wil men het liefst?

De getallen zijn een educated guess en dienen enkel om de gedachten te bepalen. Ze zullen hopelijk te somber blijken te zijn, maar geven wel de richting aan van de gevolgen van het beleid om de virusbesmetting in te dammen. We zullen moeten wachten op de cijfers van het Centraal Planbureau om een preciezer beeld te krijgen van de economische gevolgen van de coronacrisis.

Scenario A komt qua dodental overeen met de griepgolf van twee jaar geleden. Daar maakten weinigen zich toen druk om – het aantal ouderen dat een griepprik haalt was al fors gedaald sinds 2005 – en de media liepen er niet mee te koop. Het was allemaal al achter de rug toen het hoge cijfer bekend werd.

Als de enorme betrokkenheid van dit moment – het publiek wordt elke dag over het dodental geïnformeerd – zou leiden tot een poging van het kabinet om onder de 10.000 doden te blijven, zou dat grote economische offers vergen die in 2018 niet nodig waren. Wanneer de samenleving een uiterste inspanning levert om het aantal dodelijke slachtoffers van het coronavirus zo klein mogelijk te houden, kan dat niet zonder grote schade voor de economie.

Omgekeerd zal een poging om de BV Nederland zo goed mogelijk overeind te houden (scenario B) een extra verlies aan mensenlevens met zich meebrengen: hoe meer collega’s elkaar op de werkvloer tegenkomen, hoe meer besmettingen en sterfte dat zal opleveren.

Nieuw Rechts, dat graag opkomt voor boeren, kwekers en MKB, keert zich tegen de belangen van deze sectoren met de roep om een ‘ophokplicht’ voor de hele bevolking, waarvan geen viroloog je met zekerheid kan vertellen hoe lang die volgehouden moet worden voordat er voldoende gevaccineerde Nederlanders zijn om het sein brandmeester te kunnen geven.





Dit artikel verscheen op 23 maart 2020 op ThePostOnline.