Vier jaar geleden publiceerde ik een roman over de Joodse geschiedenis. Het was me opgevallen hoe beperkt de informatie was – en nog steeds is – die de media over dat onderwerp verstrekken aan het publiek. En ook hoe weinig historische kennis van en inzicht in het conflict in het Midden-Oosten er bestaat bij politici, zoals bijvoorbeeld blijkt uit de wereldvreemde brief die president Bush in 2004 schreef aan de Israëlische premier Sharon over de toekomst van Gaza. Het woord 'visie' kwam daar vijf keer in voor, een analyse van de achtergronden en van de drijfveren van betrokken partijen ontbrak vrijwel geheel. Hij gaf blijk van opgewekt idealisme dat geen recht deed aan de geschiedenis.
EW Magazine tekende vorige maand op dat Geert Wilders als jongeman tot het inzicht was gekomen dat de haat van Arabieren tegen Joden voortkwam uit de islam; een van de redenen waarom hij die religie nu zo fel bestrijdt. Als men verder teruggaat in het verleden, doemt echter een ander beeld op.
In het Spanje van de Middeleeuwen leefde een grote Joodse gemeenschap eeuwenlang onder een islamitisch bewind dat hen weinig in de weg legde. Het was een grotendeels vredige periode waarin grote voorspoed kon worden gerealiseerd en de Joodse cultuur bloeide. De voor Joden onaangename teksten in de koran stonden er toen ook al in, maar speelden geen rol in het leven van alle dag.
Die gunstige omstandigheden verdwenen toen de moslims in de vijftiende eeuw verdreven waren van het Iberisch schiereiland en christenen het er voor het zeggen hadden gekregen. De katholieken maakten zich schuldig aan een systematische vervolging van Joodse burgers, die hier vaak nog aan probeerden te ontsnappen door over te stappen op het christelijke geloof. Maar dat weerhield de kerk er niet van de Inquisitie op hen af te sturen. Vele bloedbaden werden er aangericht en er ontstond een grote vluchtelingenstroom richting de Nederlanden, waar Antwerpen en later Amsterdam economisch van profiteerden; dankzij de vele handelscontacten waar de nieuwe inwoners over beschikten.
Hoe anders zit het conflict tussen Joden en Arabieren in elkaar, bijna duizend jaar later in het Midden-Oosten. In afwijking van de christenen, die Joden om godsdienstige redenen vervolgden, hadden de moslims een heel ander motief voor hun aanslagen en protesten in de jaren 30: de beslissing van de internationale gemeenschap na de Eerste Wereldoorlog om de stichting van een Nationaal Tehuis voor het Joodse volk toe te staan in het grotendeels onbewoonde en verwaarloosde Palestina – het aantal inwoners bedroeg nog geen tiende van wat het nu is – was voor Arabische leiders politiek onaanvaardbaar. Als de eveneens dunbevolkte staat Wyoming aangewezen zou zijn voor de vestiging van een Joodse staat, zouden moslims daar geen probleem mee hebben gehad. Niet religie is de oorzaak van de onenigheid, maar land: het is een geografisch probleem.
Palestina werd (en wordt) als Arabisch territorium gezien; al woonde er haast niemand en was het gebied economisch niet van belang. Met name ten tijde van president Gamel Abdel Nasser van Egypte vierde het Arabische nationalisme hoogtij, en werd de bevrijding van het land uit Joodse handen in de jaren 60 het doel van de terreurorganisatie PLO van Yasser Arafat.
Palestina is de naam van een streek, zoals bij ons de Veluwe. Het staatkundige land Palestina en het Palestijnse volk hebben nooit bestaan, er zijn enkel Joodse en Arabische Palestijnen; in ons land werden in de jaren 30 met de naam ‘Palestijnen’ Joden bedoeld.
Voor het conflict in het Midden-Oosten is er geen oplossing mogelijk in de vorm van een Joodse staat en een Palestijnse staat, zoals het Westen na 1945 tevergeefs probeert te realiseren: beide partijen maken namelijk aanspraak op hetzelfde grondgebied. Geen enkele verdeling daarvan zal de bron van de haat en dus van het geweld wegnemen.
De Volkenbond had het probleem in 1922 al opgelost, door Palestina ten oosten van de Jordaan toe te wijzen aan de Arabieren, en het land ten westen ervan aan de Joden. De Britten, die Palestina tijdelijk bestuurden, hebben verzuimd deze beslissing van de internationale gemeenschap uit te voeren en kozen in plaats daarvan voor het behartigen van de Arabische nationalistische belangen aan de verkeerde kant van de grensrivier. Daar zijn alle huidige problemen in Israël uit voortgevloeid.